Tbs-kliniek schrijft vaker chemische castratie voor

03-04-2013 19:26

Van onze verslaggever Menno van Dongen − 19/11/09, 00:00

Steeds meer zedendelinquenten worden in de tbs-kliniek voor de keuze gesteld: jarenlange opsluiting of verlof na chemische castratie, waardoor hun lustgevoelens verdwijnen maar ze wel last kunnen krijgen van bijwerkingen.

‘Dat is een zorgelijke ontwikkeling’, vindt de Rotterdamse hoogleraar forensische psychiatrie Hjalmar van Marle. ‘Je kunt best libidoremmers voorschrijven om medische redenen. Maar steeds vaker gebeurt het alleen om de maatschappij te beschermen. Dat moet je meewegen, maar artsen dienen hun patiënt voorop te stellen.’

Libidoremmers worden sinds 1970 toegediend in Nederland, op vrijwillige basis en op kleine schaal. Langzamerhand overwinnen behandelaars hun schroom om het vaker aan te raden.

‘Het gevoel in tbs-klinieken is: we schrijven het voor, want anders wordt onze verlofaanvraag in Den Haag afgekeurd, stelt Van Marle. Dinsdag leidde de hoogleraar een debat over chemische castratie tijdens een symposium in Utrecht.

David (een gefingeerde naam) begon in 2001 met een libidoremmer in de tbs-kliniek. Dit verlaagt zijn testosteronniveau, waardoor hij nauwelijks zin heeft in seks.
‘Ik heb nu rust in mijn hoofd’, zegt David. ‘Vroeger stond alles in het teken van seks en vrouwen versieren. Ik masturbeerde zes keer per dag, het voelde alsof ik anders zou ontploffen. Seks heeft mij en anderen veel ellende opgeleverd.’

David woont buiten de kliniek, onder toezicht van de reclassering. ‘Omdat ik het testosteronniveau heb van een 6-jarige is mijn seksuele drift weg. Ik kan mezelf dwingen aan seks te denken maar een erectie krijg ik dan niet. Dat heb ik zelf verknald. Het is confronterend; ik voel me minder man.’

‘Door het medicijn kreeg ik borsten, die in het ziekenhuis zijn weggesneden. Mijn geslachtsdeel is tot de helft gekrompen. In een half jaar ben ik 20 kilo aangekomen. Ook heb ik botontkalking, waardoor mijn heup nu gevaar loopt. Op langere termijn kunnen de bijwerkingen levensbedreigend zijn, zeggen deskundigen.’

Veel gebruikers worstelen met bijwerkingen. De meesten stoppen, soms ook omdat ze denken zonder medicatie te kunnen. Dan stijgt de testosteronspiegel weer.
Maar voor mensen als David is het medicijn, dat wordt gecombineerd met gedragstherapie, een zegen. Hun alternatief, levenslange opsluiting, is nog erger.

‘Ik loop met een tijdbom in mijn lichaam’, zegt David. ‘Maar ik ga door, want zonder medicijnen kan ik mezelf niet onder controle houden. Ik wil me niet opnieuw grensoverschrijdend gedragen. Wel hoop ik dat de dosering op termijn omlaag kan.’

Behandelaars vrezen dat politici chemische castratie verplicht zullen stellen voor alle zedendelinquenten die verlof willen. De discussie zal oplaaien als er weer een tbs’er in de fout gaat. Politici moeten niet beslissen over medicatie, vinden ze, dat doen de arts en zijn patiënt, in overleg. De behandeling is niet voor alle zedendelinquenten geschikt, beklemtoont Van Marle.